De haai

Er zwom eens een haai met een tand door zijn lip.
In de verte zag hij een mooi groot schip
als een sierlijke zwaan door het water gaan.
Hij had erge honger, dus hij zwom erachteraan.

Drie kleine kinderen vielen overboord.
De haai had drie keer een plons gehoord.
Razendsnel zwom hij ernaar toe
maar halverwege werd hij moe.

Voordat hij zijn tanden ergens in had gezet
waren alle kinderen uit het water gered.
Uit pure frustratie over dat schip
beet de haai heel hard op zijn lip.

Er zwom eens een haai met twee tanden door zijn lip
enz…

Geef een reactie